LES 1.4 Positioneren/ cartografie/ mapping

(en 10-min gesprekken)


 

Voorbereiding:
Maak: Visuele Kunsteducatieve positionering met jouw in relatie tot je velden en de bronnen (zie voorbeeld (let op: alleen bovenste gedeelte ingevuld) voel vrij om een eigen vorm te vinden dit mag digitaal of fysiek)

Schrijf: 1 paragraaf (max. 300 woorden) over jouw kunteducatieve positionering (de relatie tussen jouw en de gebruikte bronnen)

 

Lees: Witte Onschuld, Paradoxen van kolonialime en ras (Gloria Wekker)

Bewustzijn van een culturele positie in nationale context en ook een mooi voorbeeld van persoonlijk positioneren en theoretisch positioneren/kaderen.

 

 

DAGPLANNING

 

Introductie Datamapping werkdag (EH+CB)


MP werkdag 4: Datamapping:

 

Artikelen/teksten lezen: Lees de artikelen over dataanalyse die worden gedeeld op PC


Datamapping presentatie (werken we ook aan tijdens de les): Je verzameld en organiseert al je onderzoek data tot nu toe: archief, bronnen, materialen en data (uitkomsten uit onderzoeksinstrumenten).

 

Tijdens de les geef een rondleiding door het archief van je onderzoek: dit kan zijn het delen van een visueel overzicht of kaart, je mappen archief op je computer of online, je onderzoekslogboek, middels post-it's of fysiek archief. Kortom, je presentatie vorm is vrij.

 

Tips: organiseer naar aanleiding van je cartografie, kernwoorden, onderzoeksvelden en/of onderzoeksvraag/sub-vragen.

 

Doel: In kaart brengen van je onderzoek en inzicht krijgen in de organisatie van je onderzoek en die van anderen. Ook krijg je inzicht in welke data/informatie je nog mist in je onderzoek.

 

 


17.30-18.30 (EH) individuele gesprekken

09.30-10.00 CB+EH) start/ dagplanning

Terugkoppelen Research Lokaal dag - feedforward voor volgende 

Terugkoppelen Research Saturday - tips en tricks

OC Theeleuten in de pauze (13.00-13.45)

Peerfeedback: urgente topics inschijflijst


Carosel (CB)

2 min. interviews: nummeren 1-2, eerste ronde:1 draait naar rechts en bevraagt 2 / tweede ronde: 1 draait naar links en wordt bevraagd door (andere) 2 30 sec. Presenteren van de buurman rechts in de kring: ‘dit wordt onze expert’ – ‘centrale startvraag in het onderzoek is’ – ‘ belangrijkste bevinding uit de literatuur tot nu toe is’ – ‘uit de researchday haalde hij/zij/hen’ -    de volgende stap is

12.30-14.00 Lunch  (13.00-13.45 OC theeleuteen)

10.00-10.30 (CB+EH) Literatuur bespreken

Gloria Wekker - Witte onschuld 

(Erin Meyer- The Culture Map)

 

Wat viel je op / wat riep het op / reacties?

Begrippen die lastig waren?

Waarom deze tekst?

Wat is jou privilege?

 

10.30-12.00 (CB+EH) Persoonlijk positioneren

Focus op persoonlijk positioneren van Gloria Wekker

- Eigen context indexeren (1 op 1 delen)

 

20 min: Eerste oefening: context maken

20 min (2x10 min): Contexten delen met elkaar

Oefening:

1. Beschrijf je context A t/m G kort (ongeveel 100-150 woorden) Wat is jouw context? Wat is jouw positie in deze verschillende contexten en hoe beinvloed waar je vandaan komt je huidige positie?


 

12.00-12.30 Plenair bespreken  (EH+CB)

 

2. Stel jezelf de vraag: hoe heeft mijn context invloed op mijn onderzoek en positie binnen mijn onderzoek? Door welke bril/lens kijke je? Zijn er aannames?

 

 

14.00-16.00 (CB) Theoretisch positioneren

Hoe plaats ik mezelf in mijn omgeving theoretisch gezien, hoe zie ik de wereld (onderzoeksvelden en belangrijke personen in relatie tot mijn onderzoek)

- Focus op theoretisch kader van Gloria Wekker en voorbeeld positioneringen


Maak:
Visuele Kunsteducatieve positionering met jouw in relatie tot je velden en de bronnen (zie voorbeeld(let op: alleen bovenste gedeelte ingevuld) voel vrij om een eigen vorm te vinden dit mag digitaal of fysiek)

- Neem je visuele positioneringen (maak eventueel een cartografie - in een kaart)


Schrijf: 1 paragraaf (max. 300 woorden) over jouw kunteducatieve positionering (de relatie tussen jouw en de gebruikte bronnen)

- neem de cartografie hierin mee (welke bril heb je op? Door welke lens kijk je?)

 

data mapping

Stel jezelf de vraag: hoe heeft mijn context invloed op mijn onderzoek en positie binnen mijn onderzoek?


Van micro naar macro (of andersom als dat beter voor je werkt): 


A: Historische context: wat is je educatiev-e, culturele-, sociaal economische-, religieuze- achtergrond.

B: Persoonlijke context: wat is je huidige persoonlijke context (waar woon je, huur/kopwoning, getrouwd/alleenstaand, persooljke situatie) en wat is jouw positie in deze context.

C: Interpersoonlijke context: Met welke mensen werk je en hoe werk je met ze; wat is je positie ten opzichte van je directe collega's (als je ze hebt) 

D: Professionele/institutionele context: Welke institutionele/profesionele omgeving bevind je je (ministerie, school, museum, buurthuis etc. en wat is jouw positie in deze omgeving. (NB omgeving is ook de letterlijke omgeving zijn: architectuur en inrichting zijn) 

E: Nationale context: Wat is de positie van jouw professionele/institutionele context in een nationaal context (politiek, economisch, religieus, cultureel) 

F: Internationale context: Hoe verhoud zich dit in een internationale context (wat is de positie van professionele/institutionele context ten opzichte van andere landen)

G: Universele context: Hoe sta jij in het universum, wat is je geloof, wat zijn je overtuigingen. 


 

14.00-16.00 (EH + CB) individuele gesprekken

inschrijflijst met 10-min gesprekken (naam en vraag/onderwerp).

 

 

3 concepten (alleen onschuld)

4 paradoxen

 

Onderwerp: Deze werkdag draait om je positionering in je werk- en onderzoeksveld en over het in kaart brengen van je eigen context. Het idee achter een cartografie is dat je vanuit contextualiseren, indexeren en plaats bepalen vertrekt in je onderzoek. Jezelf bewust zijn van het terrein waarin je je begeeft en dit expliciet maken. Hiermee krijg je ook inzicht in de achtergrond/aannames/voorkennis die wellicht meespelen in je onderzoek.


Doel: Deze les gaat over je eigen context (letterlijk) in kaart brengen. Dit zal je helpen bij het schrijven van je positionering; waar sta ik nu eigenlijk in relatie tot mijn omgeving? Het in kaart brengen van je eigen context ter voorbereiding voor het in kaart brengen van je bronnen. Tijdens de les data-mapping werdag breng je het idee van het in kaart brengen samen met alle bronnen en materialen die je hebt verzameld (en gaat verzamelen).



witheid word niet onderzocht

p.31 onschuld- weten en niet-willen weten

Cartografie (door de beoefenaars doorgaans gespeld als kartografie) is de wetenschap en techniek om geografische ruimtegebonden informatie met analoge en digitale middelen in kaarten en verdere media inzichtelijk en aanschouwelijk te maken.

 

- visualisatie

- schaal/verouding

- legenda

Korte introductie

 

Je kijkt altijd door een filter naar de wereld: bij een positionering bepaal je altijd eerst: waar sta ik? Wat neem ik mee (wat is mijn achtergrond) en in welke context zit ik?

3: https://nl.wikipedia.org/wiki/Cartogram

4: Cartogram van de Londense metro op basis van de reistijden vanuit de luchthaven van Heathrow

Een cartogram is een kaart waarop vooral de kwantitatieve aspecten van de te bestuderen verschijnselen weergegeven worden.