:  Gesprekken (begeleidingsverslag)

 

Corien van der Linden – Onderzoeker, communicatiewetenschap en onderwijskunde

02-12-2023 Research Day

 

Corien werkt al 25 jaar als onderzoeker . Zestudeerde communicatie wetenschap en onderwijskunde.Daarnaast heeft ze veel projecten in het. onderwijs gedaan en in de culturele sector. Ook deed ze onderzoek op dit vlak; publieksonderzoek, cultuureducatie en ze heeft ook theatervoorstellingen ontwikkelt. Daarnaast heeft ze veel projecten uitgevoerd voor het passende onderwijs.

 

Mijn onderzoek staat op dit moment nog in de kinderschoenen. Ik heb wel al wat navraag gedaan en wat kleine experimentjes opgezet, maar ik heb nog geen idee welke richting mijn onderzoek uit zal gaan. Ook vind ik het op dit moment lastig dat ik met niemand kan sparren. Ik hoop Carrie over mijn onderzoek te vertellen en dat zij me dan meer input kan geven over de 'hoe nu verder'.

 

Wat neem ik mee uit het gesprek?

-Carrie gaf aan dat ik eens goed met mijn collega's moet gaan sparren. Wat willen mijn collega's en wat weerhoudt hen om dit te doen? Welke factoren belemmeren hen hierin. -> de belemmerende factoren meenemen in mijn algehele onderzoek. Dit speelt namelijk een grote rol in de vraag waarom het niet lukt of niet wordt voortgezet.

-Carrie geeft ook aan dat ik de belemmeringen binnen de school in beeld moet krijgen. Niet alleen de collega's kunnen dit namelijk ervaren, wat ervaren ze vanuit de directie? Is er een visie ontwikkelt? Welke contacten hebben ze gelegd? Is het curriculum belemmerend? Zijn er te weinig materialen?

-Ik moet ook het kind ook goed in beeld brengen op onze school. Hoe ziet dit eruit? Wat wordt er verwacht van het kind? Wie is het kind op mijn school. -> Meenemen in necessiteit.

-Er ligt ook een taak voor mij als onderzoeker in het overdragen van het belang richting het team. Dit moet ik thereotisch onderbouwen en verantwoorden naar mijn collega's. Want waarom is kunst zo belangrijk? Waarom moet kunst doordrenkt worden in mijn week. Carrie heeft gelijk wanneer ze zegt dat ik dit helder moet communiceren naar het team.

-Ik moet ervoor zorgen dat ik de leerkrachten 'in mijn karretje' heb zitten, dat ze mee willen.


Kritische noot:

-Carrie stelt ook dat ik moet gaan onderzoeken of de kunsteducatieve vakken ondergeschikt zijn aan taal en rekenen. Ze vertelt dat zij vindt dat kunst en creativiteit niet losstaande lessen zijn, maar dat het doordrenkt moet zijn in de hele week. Dat maakt volgens Carrie dat de school het belang voelt en dat leerkrachten zich bekwaam kunnen voelen.


Het feit blijft echter dat ik weet dat de kunsteducatie vakken op onze school altijd ondergeschikt zullen blijven aan taal en rekenen. Zeker voor onze populatie, voor onze kinderen is taal en rekenen enorm belangrijk. Enerzijds begrijp ik wat Carrie zegt en zou ikzelf graag ook willen dat creativiteit en de kunsten doordrenkt worden in de week. Anderzijds weet ik dat dit voor nu, sowieso een stap te ver is voor onze school. Ik moet realistisch blijven in wat ik voor nu kan betekenen voor mijn collega's.

 

-Carrie geeft ook aan dat ik me wat meer kan gaan verdiepen in de Pabo. Hoe wordt het daar aangeboden? Dit ga ik echter naast me neerleggen. Ik weet hoe het er op Fontys Hogeschool Kind en Educatie aan toe ging en deze visie/werkwijze wordt doorgetrokken op alle Fontys opleidingen voor het primaire onderwijs. Het is uiteraard zeer interessant om ook te gaan onderzoeken hoe op andere Pabo's het creatief onderwijs wordt uitgedragen, maar ik denk dat mijn onderzoek dan te groot gaat worden. Ik wil namelijk mijn collega's verder helpen en niet de Pabo bevragen waar dat het misgaat.

 

 

 

Jan Schoolmeester – Docent

23-05-2023

 

Nog voordat mijn onderzoek startten heb ik met Jan gesproken over mijn onderwerp. Wat ga ik onderzoeken?

 

Wat neem ik mee uit het gesprek?

-Jan vertelt dat er al erg veel onderzocht is omtrent dit onderwerp. Ik moet het scherp blijven houden dat ik mij tot mijn team en mijn collega's richt. Ik moet kijken naar de dynamiek van mijn team. 

-Ook geef ik zelf aan dat we goede lessen hebben gekregen op de Pabo die voldoende inspiratie gaven. De vraag die ik moet onderzoeken is dus; waar gaat het mis of wat hebben de leerkrachten nodig? Waar kan het beter?

-Ik moet de leerkrachten intrinsiek weten te motiveren.

-Krachten combineren van de leerkrachten? Een atelier maken binnen de school? -> kijkend naar de visie van de school en de haalbaarheid werp ik dit af.

-Waarom is het belangrijk? Blijf kijken naar de urgentie.

--Zijn de doelen belemmerend?

-Ik moet mijn eigen visie helder hebben.

 

Kritische noot:

-Jan benoemde dat ik wellicht niet moet gaan onderzoeken naar wat de leerkrachten nodig hebben. Maar dat ik misschien moet gaan zoeken naar de mensen die de kunsten wel kunnen uitdragen. Misschien hoeven mijn collega's kunst helemaal niet uit te dragen, maar moeten er experts te school in komen.

 

Dit heeft me doen laten nadenken over mijn eigen visie. Ik vind namelijk dat een leerkracht zeker kunst (creativiteit) uit moet kunnen dragen. Een leerkracht moet namelijk ook in staat zijn om taal en rekenen uit te dragen, waarom dan niet creativiteit? Daarnaast zijn er al experts binnen de school en dit lijkt niet tot nauwelijks van de grond te komen. Het advies om mijn onderzoek breder te trekken werp ik om bovengenoemde redenen dus af.

 

 Isa Bruijnen - In gesprek met mezelf

10-01-2024

 

Ik zat op 10 januari weer alleen in mijn groep 4B. Het onderzoek zweeft steeds door mijn hoofd maar ik heb geen sparringspartner. Dat maakt het lastig. Niemand die de onderwijssetting kent en die op creatief vlak veel kennis heeft. 

 

Wat neem ik mee uit het gesprek?

Totdat ik me realiseerde dat we wel degelijk iemand  op school hebben met expertise op het vakgebied beeldende kunsten. Namelijk de dame van het naschoolse kunstaanbod. Ik moest contacten gaan leggen om mijn onderzoek meer diepgang te kunnen geven en om er ook op school met iemand inhoudelijk over te kunnen praten.

 

Toen benaderde ik de dame van het naschoolse aanbod. Tiffany Scheepers. Al snel merkte ik dat ik fijn met Tiffany kan kletsen en dat TIffany een hoop bagage heeft ten aanzien van de creatieve vakken. Wellicht dat we in de toekomst iets voor elkaar kunnen gaan betekenen. Het is in ieder geval zeer fijn dat dit contact is gelegd.

 

Kritische noot:

-Is het een te makkelijke keuze om Tiffany te vragen om mee te gaan denken en om wellicht een belangrijke persoon te worden voor mijn onderzoek? Moet ik wellicht andere mensen benaderen van buiten het onderwijs?

Talitha van de Stolpe – Dansexpressiedocent en organisator van educatieve projecten

02-12-2023 Research Day

 

Talitha is afgestudeerd als dansexpressie docent. Ook heeft ze meerdere educatieve projecten georganiseerd, waaronder kinderen met een taalachterstand op een creatieve wijze met taal bezig te laten zijn. Ze heeft beweegtaal ontworpen, waarbij kinderen op creatieve wijze bezig zijn om hun woordenschat te vergroten.


Netzoals bij het gesprek hiervoor met Carrie, hoop ik ook van Talitha veel input te krijgen over de 'hoe nu verder?'.

 

Wat neem ik mee uit het gesprek?

-Communiceer met de leerkrachten dat het er niet 'bij' komt, maar kunst er ook makkelijk tussendoor kan.

-Talitha;'Ik geef ook wel eens workshops en dan zeggen de leerkrachten ook dat ze niet weten hoe ze het moeten doen'

-Talitha gaf me mee om de focus op mijn school en mijn collega's te houden, anders wordt het te groot.

-Ik moet erop letten dat 'tijd' nooit een excuus is, daar ligt iets anders onder. Bijvoorbeeld niet weten hoe je het moet doen. De leerkrachten worden al meegenomen door de vakdocenten vanuit de CMK regeling co-teaching en toch lukt het nog niet. Misschien voelen ze zich niet bekwaam?

-Ik zal de leerkrachten mee moeten nemen in het feit dat de creatieve vakken een oefenplek is en mag zijn.

 

Talitha heeft ook een workshop gegeven over de wereldoriëntatie methode Blink. Ze vertelt dat interessant was dat de leerkrachten hebben geleerd hoe ze procesgericht moeten werken. Welke vragen ze dan moeten stellen. En dat dit veel minder tijd kost dan wanneer ze de les helemaal moeten voorbereiden. Leerkrachten zijn over het algemeen namelijk zo bezig met hun les zo inrichten dat ze hem ook weer binnen drie kwartier kunnen afronden, aldus Talitha. Bij het procesgerichte werken hoef je de kinderen alleen materialen te geven en de juiste 'verwonder'vragen te stellen en dan gaan de kinderen vanzelf. Dan hoef je niet eens zo veel te kunnen als leerkracht.

 

'Ontwerp een kikkerparadijs op de planeet mars' Op deze manier ben je bezig met biologie, creatief denken, rekenen, taal et cetera.

 

-Ga de leerkrachten leren hoe ze vanuit verwondervragen kunnen werken. Laat ze samenwerken. Door ze op deze manier samen te laten werken en vanuit vragen te vertrekken, dan gaat de 'kramp' eruit en durven de leerkrachten te doen.

 

Kritische noot:

-Ik moet ook richting het MT duidelijk communiceren wat het belang is van de creatieve vakken. Talitha zegt dat dat heel belangrijk is, dat het MT weet wat ze doen en waarom. Toch vind ik dit lastig. Het MT geeft altijd aan dat ze weten waarom ze het doen, ik zie dit niet terug. Er worden namelijk andere keuzes gemaakt en andere prioriteiten gesteld. Ik denk dat wanneer ik nu in de beginfase opnieuw met het belang aan ga komen bij het MT, ik wederom dezelfde reactie zal krijgen en ze niet open gaan staan voor mijn visie. Ik ken het MT goed genoeg om in te vullen dat ik dan de 'dat wisten we al' reactie zal terugkrijgen.

 

-Talitha geeft ook terug dat ik ervoor moet waken dat ik niet hele leerlijnen gaan ontwikkelen en dat de school en het team het wel prima vinden allemaal. Zij moeten ook gaan lopen, niet alleen ik.

Carry van Bokhoven – Docent

09-06-2023

 

Nog voordat mijn onderzoek startten heb ik ook met Carry gesproken over mijn onderwerp. Wat ga ik onderzoeken?

 

Wat neem ik mee uit het gesprek?

-Urgentie helder hebben.

-Je raakt iets kwijt, maar hoe ga je dit weer terugvinden?

-Wat ervaar je zelf, wat merk je zelf. Dit moet ik een concrete plek geven in mijn onderzoek. Hoe rijmt dit met hetgeen wat ik bij de andere leerkrachten zie.

-De leerkrachten geven gestructureerde lessen, waardoor kinderen blokkeren.

-Bepaal je insteek samen met het team. Creatieve sessies? Ervaringen ophalen.

-Wat zit er in de weg? Zijn het de leerdoelen?

-Gesprek volgen met Esther (medestudent die dit jaar afstudeert).

-Is het kennis of kunde, skills? Zoek de juiste bronnen en ga kijken wat mist.

 

Kritische noot:

-Als de leerkrachten het écht willen, de urgentie is er, dan zullen ze er ook blijvend aan moeten werken. In plaats van vergaderen... vooruitgedacht richting de communicatie.

Isa Bruijnen - In gesprek met mezelf


Gaat over naar in gesprek met mezelf en met Tiffany Scheepers over de workshops.


In samenwerking met Tiffany Scheepers (Beeldende vormgeving docent).








WORKSHOPS gesprekken

Lode Vermeesh – doctor in de pedagogische wetenschappen

16-03-2024 Research Day

 

Lode is docent aan de HIVA-KULeuven. Hij heeft al verschillende onderzoeken gedaan waarbij het fundament onder andere ligt rond: kunst- en cultuureducatie, kunsttheorieën, beleidsparticipatie. Ik ben benieuwd wat Lode vindt van de workshops die ik afgelopen weken heb gegeven en of dit volgens hem prikkelend genoeg is om de leerkrachten het enthousiasme rondom creativiteit mee te geven. Ook ben ik benieuwd of hij kritische vraagtekens zet bij de onderwerpen die ik benoem, wellicht zijn er zaken die ik verder moet aanscherpen die ik zelf over het hoofd heb gezien.

 

Wat neem ik mee uit het gesprek?

-Het is een probleemstelling die zich niet alleen op mijn school situeert. Het is een algemene vaststelling dat kinderen zo geformatteerd zijn op het juiste doen. En anderzijds ook de leerkrachten die ook geformatteerd zijn, de juiste instructie willen geven en de juiste feedback willen geven. Eigen kanttekening; ik moet mijn eigenheid behouden. Ik moet erop letten dat het mijn praktijk blijft én dat ik zelf in mijn onderzoek sta. Dit blijft belangrijk om altijd mee te nemen.

-Creativiteit zal ik goed moeten duiden. Welke creativiteit heb ik voor ogen? Creativiteit door middel van de kunsten. Als ik het ook heb over de integrale creativiteit, dan trek je het veel breder en gaat het over een ander onderzoek. Creativiteit moet ik goed capteren. Het is een brede term.

-Iets kan een algemene creativiteit zijn. Bijvoorbeeld Picasso en Andy Warhol, doen iets wat niemand zou verwachten. Deze creativiteit kan ik niet van het kind of van de leerkrachten verwachten. Wat ik wel mag verwachten is wat creativiteit voor henzelf is. Iets wat zij zelf nog niet eerder hebben gedaan of niet hebben gekund. Ik moet hierin blijven bezien dat wat voor mij een kleine creatieve stap is, dat dit voor de leerkrachten misschien een hele grote stap is. Ik moet daarin de baseline helder hebben, waar staan de leerkrachten nu?  Of wat leren ze van hetgeen wat ik overdraag. 

 

Het Element van Ken Robinson (2016) kan hierin helpend zijn; niet het zoeken naar de algemene creativiteit, maar naar de eigen creativiteit.

 

Tijd of PRIORITEIT. 

 

Kritische noot:

-Let op het geven van praktisch toepasbare voorbeelden aan de leerkrachten. Lode kwam hierover met een prachtig metafoor: ‘Als je iemand een vaardigheden wilt aanleren, bijvoorbeeld iemand die wilt leren koken. Ik ben een chefkok en ik wil jou beter leren koken, ik wil jou inspireren. Dan kan ik jou recepten doorsturen en zeggen probeer dat eens. Maar met de recepten alleen ga je waarschijnlijk heerlijke gerechten op tafel zetten, maar ga je nog niet leren koken. 

 

Het vergaren van die eigen kennis die gaat niet via alleen die recepten komen, dan zul je die persoon op een andere manier moeten prikkelen. Door het geven van opdrachten die leerkrachten in de praktijk kunnen toepassen zorg je ervoor dat leerkrachten kopieergedrag gaan vertonen. Dat kopieergedrag is iets wat de leerkrachten nu al veel laten zien, door het eerder genoemde Pinterest wat veel gebruikt wordt door de leerkrachten. 

 

Ik moet de leerkrachten uit hun comfortzone halen. Ik moet ze uitdagen. Creativiteit bevorderen met die opdrachtjes, waarbij de leerkrachten enerzijds een fijne opdracht krijgen, maar anderzijds ook nog de ruimte hebben om de creativiteit naar eigen hand te zetten in die opdracht. 

 

Lode geeft aan dat het geen eenvoudige taak is om de leerkrachten hierin mee te nemen, omdat je de middenweg moet vinden tussen de productgerichte werken en vrije expressie. Lode ziet de meerwaarde in van mijn workshops die deze koppeling waarmaakt. Lode noemt het een professionalisering van mijn collega’s. Maar ook binnen deze workshop zal tijd een zwaarwegende factor zijn. Leerkrachten die er geen tijd voor hebben of alweer op het horloge aan het kijken zijn wanneer ze moeten vertrekken. Een moeilijke taak noemt Lode het, maar de ‘koffiekamer’ is een mooie plek, omdat tijd hier in mindere mate een rol speelt. 

 

Tijd die er is goed benutten!

 

De workshops hebben als doel dat ik de leerkrachten ook meeneem in dit nadenk-proces, de didactiek erachter. Ik moet de leerkrachten meegeven hoe ze een kleine draai kunnen geven aan hun opdracht, zodat ze het uiteindelijk iets creatiefs wordt in de opdracht en daarom ook in de uitvoering. Hoe kun je creativiteit prikkelen?

 

-Wellicht eind-vorm van een kunstkalender? (korte opdrachten 10-15 minuten).

 

Zeppelin didactiek voor muzische vorming van Koen Crul (2017) en Wicked arts assignments van Emiel Heijnen & melissa Bremmer (2021) hierin meenemen.

 

Robin Brugman – Onderzoeksbegeleider

02-04-2024

 

Robin en ik hebben van A tot Z mijn onderzoek besproken. Waar sta ik nu, wat heb ik al gedaan en waar ziet Robin voor mij nog kansen. Ik heb alles besproken wat ik heb gedaan en Robin kwam met kritische vragen en bronnen die me verder kunnen helpen en ondersteunen.

 

Wat neem ik mee uit het gesprek?

-Mijn hoofdvraag moet ik anders verwoorden. Hier had ik zelf ook al vraagtekens bij omdat dit niet hetgeen is wat ik heb onderzocht. Indirect ja, maar niet direct. Mijn deelvragen zien er in het eerste opzicht goed uit. Echter moet ik erop letten dat ik steeds de terugkoppeling maak naar mijn hoofdvraag (gericht op creativiteit).

-Vanuit Robin kwam de vraag waar ik mijn woorden vandaan kwamen waar ik mijn codering op ga baseren.  Hier had ik geen duidelijk antwoord op. Ik merk ook zelf dat ik hier nu enorm op vastloop, want waar gaat mijn onderzoek naartoe. Ik heb al veel onderzocht, maar welke richting ga ik het geven en wat heb ik nu eigenlijk onderzocht. Hoe ga ik deze data analyseren aan de hand van passende theorie en wat is deze theorie? Robin gaf hier enkele zeer passende suggesties. Zo benoemde hij de theorie over het verandermodel van Knoster. Deze zou ik naast mijn data kunnen leggen. Ook de theorie over Drive (autonomie, zingeving en meesterschap) zou ondersteunend kunnen zijn. Dit lijkt erg op hetgeen wat ik al had geschreven, echter kan ik het hiermee ondersteunen. 

-circle of world learning creativity is een fijne diagram om mijn observaties van de workshop te duiden.

-Behoeftes heb ik ook al vrij helder door middel van de aanmeldingen voor de workshops. 2 voor de cultuurladekast, 8 voor de inspiratieworkshop. Waar ligt dit aan?

-Wie ben ik binnen mijn onderzoek? Ik merk dat ik dit in het begin als kracht zag. Toch vind ik dit ook moeilijk. Want hoe duid ik wat ik zelf ervaar en meemaak? Robin gaf aan dat ik hetgeen wat ik ervaar ook naast de theorie moet leggen. Komt dit overeen met leerkracht x?

 

-Ook hebben Robin en ik over de communicatie gesproken en een eventueel eindproduct. Ik merk namelijk dat de leerkrachten echt iets van mij nodig hebben. De vraag is wat precies. Een kalender? Een workshop? Een creatieve VRIJMIBO? Wat speelt hierbij een rol en welke afwegingen ga ik hierin maken? De logische vervolgstap voor nu is om eerst mijn data goed in beeld te krijgen en te analyseren. Waarschijnlijk wordt vanuit hier ook duidelijk voor mij wat de leerkrachten nodig hebben.

 

Kritische noot:

-Robin vroeg zich af of ik ook met het hele team heb gesproken over de urgentie van de rest van het team en niet alleen met het MT. Ik benoemde dat er vanuit het MT een helder statement gemaakt wordt en ik daarom niet de ruimte voelde om dit verder bij het team te bevragen. Ook komt er vanuit het MT een sterk verlangen om te werken met de Cultuurladekast. Vanuit hier merkte ik ook dat er vrij weinig ruimte was voor andere inbreng. Dit staat er dus zo gaan we het doen. Toch is het zeker interessant om ook hier het verandermodel van Knoster naast te leggen. Want wat betekent dit voor een veranderproces binnen het team?

-De koffiekamerinterventies lijken naar mijn idee ‘geflopt’. Toch zie ik na het gesprek met Robin in dat dit zeer waardevolle informatie is voor mijn onderzoek. Wat maakt dat dit flopte? Dit ga ik meenemen in mijn onderzoekpagina over de koffiekamer als interventieruimte. Waarom werkte dit niet? Naast de theorie leggen. Het was te plat, de leerkrachten moeten meer weten. De workshop was een logische vervolgstap omdat ze toen actief betrokken werden. Kleine impulsen.

-EVI als bron. Waar liggen de behoeftes? Wellicht heb ik dit te laat ontdekt en had ik dit eerder moeten inzetten. Robin geeft aan dat dit eventueel ook kan om de aanbevelingen te schrijven.

 Isa Bruijnen - In gesprek met mezelf

20-01-2024 Winterschool

 

Op 20 januari 2024 hadden we de Winterschool van de FAA. Hier kwamen vershillende disciplines samen en hebben we mooie gesprekken gevoerd. De Winterschool heeft me weer nieuwe inzichten gegeven. Dit heb ik opgenomen in mijn spraakopname. 

 

Wat neem ik mee uit het gesprek?

-Iedere leerkracht is anders en neemt elke dag weer eigen ervaringen mee de klas in. Het is logisch dat ik niet alle leerkrachten mee ga krijgen in mijn denkwijze of mijn ideeën. Het gaat erom dat ik iets in ze aanwakker, een zaadje plant. Ik moet de lat voor mezelf niet te hoog leggen.

 

Kritische noot:

-Wil ik elke leerkracht 'meekrijgen' of is het ook voor mijzelf een leerproces om te zien wát er nodig is voor de leerkrachten in combinatie met creativiteit. Misschien gaat het indirect niet om mijn team, maar om iets veel groters. Dat ikzelf snap waartoe creativiteit dient en wat daar voor nodig is.

Job Balk – docent en praktijkgericht onderzoeker

16-03-2024 Research Day

 

Job Balk is docent onderzoek op de Hogeschool van Amsterdam. Daarnaast doet hij ook onderzoek op verschillende gebieden van kunsteducatie. Gezien de achtergrond van Job, hoop ik vooral van hem te horen dat hetgeen wat ik aan het doen ben, past bij de vragen en wensen die ik heb. Graag neem ik hem mee in mijn onderzoeksmethodieken. Ik ben benieuwd wat hij hierover denkt en of dat hij hier wellicht een kritische blik op kan werpen.

 

Wat neem ik mee uit het gesprek?

-Verdiepen in de Authentieke Kunsteducatie (Emiel Heijnen, 2018). Authentieke kunsteducatie specificeert zich op drie componenten. Job verteld dat het eerste component gaat over dat de kunstlessen relatie moeten hebben met hoe een kunstenaar werkt. Het tweede component sluit zich aan bij de belevingswereld van het kind. Het derde component gaat over dat wat er in de maatschappij gebeurd. Daar hoort een eenvoudig ontwerpcomponent bij. Job stelt dat dit wellicht helpend kan zijn voor de leerkrachten om eigen activiteiten te kunnen ontwerpen. Op deze manier bied ik mijn collega’s structuur en ook voor het MT kan ik het beter onderbouwen.

-Job heeft onderzoek gedaan naar hoe dit model functioneert in de praktijk. Job stuurt dit onderzoek naar mij door om te kijken wat deze inzichten mij vooraf al kunnen brengen en dan kan ik bepalen of dit passend is voor mijn onderzoek om dit te vertalen naar mijn praktijk, mijn collega’s.

-Eventuele derde workshop waarin ik zelf degene ben die de workshop geeft; kan, werk dan vanuit de ‘learner report’. Bevragen en op laten schrijven. Job stelt het volgende; observatieformulieren zijn niet nodig, het kan wel, het vergt alleen veel werk. Door learner report toe te passen heb ik concreet het antwoord op de vraag wat mijn collega’s hieruit meenemen én kan ik wel zelf de workshop geven.

 

Kritische noot:

-Blijf dat draagvlak bevragen, blijf checken wie op welk moment behoeftes heeft om er iets mee te doen.

-Job had het ook over het interdisciplinaire werken. Kunst dus niet zien als los vak, maar dat je er geïntegreerd nog meer uit kan halen. Op deze manier maak ik het wellicht nog waardevoller voor de leerkrachten, omdat ze dan zien dat het niet enkel efficiënt is voor één vak maar ook voor de hoofdvakken die op deze school als erg belangrijk worden ervaren. Dat je de verbinding opzoekt. Dat is een belangrijke ontwikkeling binnen de huidige kunsteducatie. Zelf als onderzoeker zet ik hierbij de kritische noot. Omdat ik weet dat mijn team, mijn collega’s, nog heel veel stappen daarvoor zijn. Creativiteit binnen de kunsten moet eerst überhaupt een meer gegronde plek krijgen binnen het onderwijs voordat mijn collega’s klaar zijn om het ook de algemene creativiteit een plek te kunnen geven.

 

Esther Brouwer - De Koning– Afgestudeerde aan de FAA

12-04-2024


Esther is vorig schooljaar afgestudeerd op de FAA. Ze heeft destijds haar onderzoek gedaan over de kunstenaars-mindset bij de leerkracht en ze heeft hierin eigen onderzoek meegenomen. Aan het begin van dit jaar heb ik met Esther gesproken over haar onderzoek, dit was erg interessant om hier meer over te horen. Nu ik inmiddels veel dieper in mijn eigen onderzoek zit, kan ik gerichtere vragen stellen aan Esther. Het leek mij de passende tijd om Esther opnieuw te benaderen.

 

Wat neem ik mee uit het gesprek?

-Interessant is om in mijn onderzoek mezelf centraal te stellen en mijn eigen proces daaraan te spiegelen. Eigen voorbeelden gebruiken en hierin zelf ook een lerende houding aannemen. Wat doet het met mij? Wat maakt het los? Welke vragen heb ik? En welke factoren spelen bij mijzelf een belangrijke rol?

-Zelf ervaringen meenemen, maar let erop dat is JOUW blik. Elke leerkracht is anders, denkt anders en handelt anders. Eigen kwetsbaarheid tonen zorgt voor verbinding en een open houden bij de leerkrachten. Aangeven dat ik het ook nog niet allemaal weet en ook zoekende ben.

-Leerkracht is een inspirator op het moment dat je het persoonlijk kan maken. Een leerkracht hoeft geen alleskunner te zijn. Een leerkracht moet ervaringen kunnen delen.

-Wees je bewust vanuit welke blik je kijkt, probeer het op eens andere manier te bekijken.

-Merlijn twaalfhoven (Kunstenaarsmindset).

-Faalruimte -> Is dit iets wat onze school niet heeft? Of wel? Bewustwording creëren.

  Spanning mag er zijn.

-Het is ‘een’ manier, het is jouw blik.

-Vaag zijn moet er zijn om iets te kunnen creëren.

-Als je het belangrijk vindt, creatief, naar voren stap en doe het dan! Dus leerkrachten die het belang zien én weten hoe het moet kunnen het gewoon doen. Ik hoor deze geluiden veel bij de leerkrachten terug. Toch lukt het hen niet in de praktijk.

 

Kritische noot:

-Tegengeluid: De leerling centraal?

-De verdwaalatlas -> tool kunstenaarsmindset in de praktijk kan toepassen. Kan dit wellicht helpend zijn? De verdwaalatlas is veel te abstract voor mijn collega's zij kunnen hier niets mee. Ik heb het boek doorlopen en aan een collega laten zien, dit was de abstract voor die collega.

Isa Bruijnen - In gesprek met mezelf 


En

 

Roanne Duarte - Sparringspartner (vriendin en toegepast psycholoog in wording)

10-05-2024 

 

Roanne en ik werken elke week samen in de bieb in Venlo. Hier wordt hard gewerkt, maar ook praten we veel en stellen we elkaar kritische vragen. We werken beiden aan ons eigen onderzoek, maar sparren met elkaar over elkaars onderwerp. Ik merk dat ik het erg fijn vind om met iemand te praten die geen tot weinig expertise heeft over het focuspunt van mijn onderzoek. Hierdoor krijg ik een nieuwe kijk op mijn onderzoek.

 

Roanne is gedurende dit onderzoek de persoon geweest die mij echt laat nadenken. Dit is niet zo zeer relevante informatie die meegenomen moet worden in dit begeleidingsverslag, maar zij is zeker wel de persoon die belangrijk geweest in dit onderzoek. Door waarom vragen te stellen en door  te vragen kwam ik steeds verder, zelf tot de kern.

 

Op 10 mei heb ik veel bronnen doorgenomen. Ik stuitte steeds weer op nieuwe bronnen waardoor mijn onderzoek weer een puntkomma kan krijgen in plaats van een punt. Op deze dag heb ik een spraakopname gemaakt van een voor mij belangrijk inzicht.

 

Wat neem ik mee uit het gesprek?

-In mijn theoretische verdieping zien jullie de bron van 10voordeleraar terugkomen. Lerarenopleidingen werken binnen dit programma. Op deze website zijn documenten opgenomen waar onder andere de competenties voor de leerkrachten voor kunst zijn opgenomen. Dit document is in 2022 opnieuw genoteerd. De leidraad voor het document kunst is het MVB model. Ookwel het model wat zeer veel gebruikt wordt op de verschillende lerarenopleidingen.

 

Interessant is dat dit model bij de meeste docenten die nog niet zo lang geleden afgestudeerd zijn blijft hangen. Alle lessen hangen zij hieraan op. Dit geeft hen houvast. De vraag is of de leerkrachten die dit inzetten snappen waarom dit model belangrijk is of dat deze bron juist bij die leerkrachten wellicht de belemmerende factor is.


De vraag is of zij meester kunnen worden van hun eigen creatieve lessen. Kunnen ze boven deze theoriën staan die voor hen leidend lijken?

 

 

-In de spraakopname hieronder had ik het over achterhaalde informatie. Dit is echter niet de juiste bewoording. Wat ik bedoel te zeggen is dat het niet volledige informatie is, omdat dit als enige theorie wordt gebruikt bij veel leerkrachten op onze school (zie mindmap koffiekamer). Ze denken alles te kunnen ophangen aan de theorie en dat ze dan weten hoe ze een goede lesgeven. Mij is inmiddels duidelijk dat je geen chefkok kan worden met enkel een receptenboek-

 

Kritische noot:

-Ik moet in de gaten blijven houden of mijn onderzoek niet te groot wordt. Ik weet dat ik enorm kritisch ben, ook op de bronnen die ik lees. Ik wil dan informeren en nog meer onderzoek doen, ook naar de bronnen die ik lees. Toch zal ik ergens een grens moeten trekken en de puntkomma moeten plaatsen.

Isa Bruijnen - In gesprek met mezelf

&

Robin Brugman - onderzoeksbegeleider 

Na de feedback die ik in juni heb ontvangen

 

 

Nadat ik de feedback heb mogen ontvangen van Robin Brugman over mijn onderzoek waar nog verbeterpunten lagen, heb ik besloten om het eerst even te laten rusten. Ik had de maanden hiervoor zo diep in mijn onderzoek gezeten, dat het ook tijd was om even uit te zoomen en tijd voor mezelf te nemen. In de zomervakantie heb ik heel veel fijne momenten gehad met vrienden en familie, maar ik heb helaas ook verdriet gekend in deze periode. Dit heeft destijds mijn eigen ‘drive’ doen laten veranderen. Waar ik voorheen enorm gemotiveerd was voor mijn onderzoek, moest ik dit nu weer terug zien te vinden.

 

Een tijdje heb ik rust genomen en dat was goed. Dit heeft ervoor gezorgd dat ik hierna weer met een nieuwe blik naar mijn onderzoek kon gaan kijken. Om op deze wijze de puzzelstukjes van mijn onderzoek, opnieuw te gaan plaatsen. Zoals Robin Brugman in ons feedback gesprek vertelde: ‘Isa, de puzzel ligt er, je moet alleen de puzzel nog iets beter weten te leggen’.

 

Er lag voor mij de taak om kritischer te gaan kijken naar mijn onderzoek. Ik heb mijn gedachtenspinsels op papier gezet, ik heb bronnen naast elkaar gezet én ik ben dieper gaan nadenken over wat ik las. Ook ben ik bronnen tegen elkaar uit gaan spelen. Dit heeft ervoor gezorgd dat ik de informatie ineens veel beter kon plaatsen. Robin vertelde dat het voor de beoordelaars zoeken was naar de haakjes. Nu snap ik wat hij daarmee bedoelde. Nadat ik even heb uitgezoomd, en de tijd nam, zag ik ook de overlap tussen mijn bronnen. Nu zijn mijn bronnen beter verweven met de praktijk. Mijn intrinsieke motivatie kwam terug, omdat mijn meesterschap wat even op de achtergrond leek te zijn, opnieuw werd vergroot. 

 

Daarnaast heb ik mijzelf de vraag gesteld waar mijn onderzoek nu echt over gaat. Wie ben ik binnen mijn onderzoek en welke positie neem ik in. Ik kwam tot de conclusie dat ik mijn positionering wilde herschrijven, omdat ik eerst schreef wat ik dacht dat de beoordelaars graag wilden lezen. Nu heb ik geschreven vanuit mijn overtuiging, kennis en ervaringen. 

 

Mijn onderzoek zelf is hierna nog niet klaar. Er zijn nog bronnen die ik graag verder wil bekijken of wil uitdiepen zoals De Basis Op Orde van Spitteler (2019), om het tegengeluid op het kunstonderwijs nog beter te kunnen vangen en te kunnen weerleggen. En Laat Maar Zien (Van Onna & Jacobse, 2021), om nog beter zicht te krijgen op interventies die gedaan kunnen worden om het creatieve proces te ondersteunen. Daarnaast heeft Mieras ook veel interessante stukken geschreven, die waardevol zijn om mij nog verder in te gaan verdiepen.

 

Een gedachte die nu, aan het einde van mijn onderzoek door mijn hoofd gaat is om iets te gaan ontwerpen, zodat leerkrachten procesgerichte didactiek zelf kunnen gaan uitdragen. Hierin moet ik natuurlijk wel het metafoor van Job Balk meenemen, dat ik ze hierbij niet enkel een recept kan geven. Wellicht dat ik er dus workshops aan moet koppelen, of QR-codes met beeldmateriaal ter ondersteuning of wellicht een interactief element. Genoeg stof tot nadenken. Maar voor mij stopt mijn onderzoek hier niet. Ik wil ook de leerkrachten buiten mijn school, de DRIVE geven om met procesgerichte didactiek te kunnen gaan werken, om zo de creativiteit van het kind te stimuleren.

Wie is Isa in groep 4B?

                                                       Voorbeelden + Citaten



Formulering vraagstuk                             Haakjes leggen



                Necessiteit duiden                                Divergeren+convergeren                              


Referentie onze school en kinderen

 

Hoe nu verder?