In hun aanwezigheid (…) werd ik iemand, ik kreeg als het ware een wiskundige ik, een geschiedkundige ik, een filosofische ik, (…) zette ik mezelf tussen haakjes, ontdeed ik mezelf van het ‘ik’ dat me er tot de kennismaking met die meesters van had weerhouden het gevoel te hebben dat ik er echt bij was.
Pennac, Daniel. Schoolpijn. Meulenhoff, 2008, p. 190